“In Bangladesh is de realiteit anders dan in de Verenigde Staten, maar de kern van armoede en hoe armoede voelt is overal hetzelfde. Het gaat duidelijk om meer dan materiële ontberingen. Het gaat ook, en misschien wel vooral, over hoe mensen samenleven met elkaar, over pijn en strijd. Dat wist ik natuurlijk al. Maar het verrassende is dat we een gemeenschappelijke taal vonden over de grenzen van landen en culturen heen.”
Marianne de Laat, werkte mee aan een internationale studie over de verborgen dimensies van armoede. Het ging om een samenwerking van ATD Vierde Wereld met de universiteit van Oxford waarbij mensen in armoede uit verschillende landen betrokken waren (zie vierdewereldblad 208, september 2019)
Een raderwerk van dimensies die op elkaar inwerken en beïnvloed worden door factoren van buitenuit. Het schema helpt om de complexiteit van armoede te zien.
Verborgen dimensies van armoede. Het rapport (Engels of Frans) vindt u op onze website
Drie kernervaringen van armoede: afhankelijkheid – lijden – verzet
Opgedrongen afhankelijkheid. Beslissingen worden voor jou genomen. Je mist controle. Je hebt weinig keuze.
Mensen in armoede kunnen zich weinig fouten veroorloven in de keuzes die ze maken. Een miskoop? Ze liggen er meer dan twee nachten wakker van. Het kan hen jaren achtervolgen. Mensen zijn niet arm omdat ze de verkeerde keuzes maken. De stress van de armoede is soms de oorzaak van een foute keuze. Of de buitenwereld ziet iets als een foute keuze omdat de onvoorstelbare situatie van armoede een andere logica meebrengt.
Afhankelijk zijn van anderen die keuzes voor jou maken tast je eigenwaarde aan. Je kan opstandig worden maar evengoed al te onderdanig tegenover diegene die ingrijpende beslissingen kan nemen over jouw leven.
Armoede leidt tot onzekerheid en angst. Op elk moment kan je klappen krijgen, van alle kanten.
Fysiek, geestelijk en emotioneel lijden, samen met een gevoel van machteloosheid om er iets aan te doen.
‘Een dag later vertelde hij teneergeslagen dat hij de kamer niet kreeg. De eigenaar had zijn maatschappelijk werkster verteld waarom: ‘Zijn gezicht staat mij niet aan.’ Marc kan die dag geen grapjes maken. Hij is kapot van die uitspraak. Aan iedereen die hij die dag op kantoor ziet, vertelt hij zijn verhaal. ‘Staat de miserie dan zo duidelijk op mijn gezicht geschreven? En dan nog, ik ben toch geen crimineel?’ Zijn lijf en zijn gezicht zijn uiteraard getekend door het leven van de straat. Ik vind niet de gepaste woorden om dat in alle eerlijkheid te zeggen.’ (*)
Strijd om te overleven, verzet tegen de vele vormen van lijden die voortvloeien uit ontberingen, misbruik en gebrek aan erkenning.
Strijd en verzet zijn nauw verbonden met de inspanningen van mensen om te overleven, om een innerlijk evenwicht te bereiken en een beter leven uit te bouwen. Meestal is het een strijd die niet gezien wordt. Om de basisbehoeften te vervullen is veel creativiteit nodig en daardoor worden ook nieuwe vaardigheden aangeleerd. De hoop om hun kinderen een beter leven te geven is een bron van energie voor mensen in armoede.
Ze steunen op hun innerlijke wilskracht om de focus te richten op kansen die zich voordoen, voor henzelf en voor hun naasten. Er is de voortdurende zorg voor familieleden, vanuit mededogen. Mensen die in armoede leven hebben de neiging om het weinige dat ze hebben met anderen te delen, ook als dit henzelf in armoede houdt. Dit creëert het gevoel van een gedeelde strijd en solidariteit. Het helpt om wanhoop of zelfmoordgedachten op afstand te houden.
M.T. Poppe
(*) Aan de onderkant ligt de lat altijd hoger. Verhalen uit de buik van de samenleving. Marijke Decuypere en Guy Malfait, pagna 28.
‘Dit boek is een enorm belangrijke verzameling van diverse verhalen die de realiteit weerspiegelen van een vijfde van de Belgen én die allerlei stereotypes van tafel vegen. Het is niet alleen een eyeopener voor iedereen die de mens achter de armoedecijfers en -percentages wil ontmoeten, maar ook een must-read voor mensen die in armoede leven en troost kunnen vinden in de herkenbare verhalen’. Yasmien Naciri