Op dinsdag 17 oktober 2017 kwamen we met meer dan 700 mensen samen in Theaterzaal Saint-Michel in Brussel: mensen uit alle lagen van de samenleving , van verschillende organisaties, vanuit Brussel, Oostende, Charleroi, Luik, Ronse en tal van andere plaatsen.
Wat valt er na vele jaren en onnoemelijk veel inspanningen te vertellen op een dag als 17 oktober, 30 jaar na de inhuldiging van een bijzondere gedenksteen? Steunend op interviews en bijdragen van een twintigtal mensen, kwamen er letterlijk stemmen op uit de zaal. Ze verwoordden de verontwaardiging, vindingrijkheid en volharding van zoveel mensen en tonen onverwachte doorbraken en reële vooruitgang voor mensen in armoede en in de hele samenleving. Ze moedigen ons aan om verder tegen de stroom in te varen. Hieronder enkele elementen uit de getuigenissen.
Mieke – Op allerlei plekken waar je gratis kunt eten enz. hoor ik dat mensen niet meer willen behandeld worden als kleine kinderen; altijd moeten vragen, dankbaar zijn en zwijgen. Bij verenigingen is dat anders. Daar proberen ze samen te denken en oplossingen te zoeken. Ik mag ook lesgeven aan studenten.
André – We horen nog te vaak uitspraken waaruit de onwetendheid over het leven van mensen in armoede blijkt. Zulke vooroordelen moeten we resoluut tegenspreken en integendeel ontmoetingen voorstellen die iemands kijk kunnen veranderen.
Jürgen – Ik zet me al 15 jaar in voor dakloze mensen in mijn stad en in heel België. Ik bood enkelen mijn woning aan en dat lukte zeer goed. Enkel ben ik hierdoor zelf op straat geraakt. Waarom kom je zelf in de problemen wanneer je solidair bent?
Pascal – Ik heb lang geleefd volgens wat er van mij verwacht werd. Tot ik tot het besef kwam: wat WIL ik zelf nu eigenlijk? En dat is wat ik ga doen.
Julie en Thomas – Er wordt te weinig gepraat over jongeren die zich inzetten, over alle inspanningen die jonge ouders doen om hun moeilijkheden te boven te komen… Het is belangrijk om te zeggen dat iedereen bekwaam is. Dat er geen mislukkelingen zijn.
Anne-Marie – Wat voor mij veel veranderd heeft is het feit van samen te komen met anderen. Je gaat dan beseffen: er zijn nog anderen in dezelfde omstandigheden; die miserie, dat heb ik niet aan mezelf te danken. Je leert bij. Je leert opkomen voor jezelf en anderen.
Isabelle – Toen ik vroeger OCMW-raadslid was, spraken we over een gezin en de andere raadsleden merkten op: “alé, kan dat gezin dat nu niet betalen!” Ik antwoordde dat hun gezinsinkomen laag was en ik toonde aan wat dit betekende. Het werd muisstil.
François – Wat er volgens mij op het spel staat is dat wij, als sociaal werkers, in staat moeten zijn om de mensen te ondersteunen in hun eigen projecten en om recht te doen aan alles wat ze ons leren en ons aanbrengen.
Bees – De petitie tegen de buurvrouw ging uiteindelijk niet door en iemand zei me: “eigenlijk is het een geruststelling dat er mensen zijn zoals jullie die opkomen voor wie alleen en zwak staat. Dat is een garantie voor ons allemaal.”
Carine, Reymonde en Cédric – Met ouder worden, heb ik de strijd van mijn ouders begrepen en wou ik die verder zetten. Misschien is het een utopie, maar ik zou willen dat iedereen dezelfde kansen krijgt.
André – De situatie van de vluchtelingen,… Ik zou de wereld willen oproepen: doe daar iets aan! Maar waar kan ik over zoiets meepraten? Vroeger schreef ik ook wel eens een brief naar een politieker. Tegenwoordig gebruik ik meer Twitter. Wat ik er eigenlijk mee wil bereiken is dialoog.
Koor – ‘Zo kwe zo’: Elke mens is een mens.
Lees hier de volledige getuigenissen.