In maart 2018 publiceerde de stichting Jacques Brel het boek ‘Jacques Brel, Auteur’ , een verzameling van zijn teksten met commentaar van zijn dochter France Brel. In het commentaar op het lied ‘Voici ‘ uit 1958 vinden we een zinspeling op de ontmoeting tussen Joseph Wresinski en Jacques Brel in het daklozenkamp Noisy-le-Grand.
France Brel schrijft in het boek het volgende : ‘De verzen « Qu’en nos faubourgs délavés / Des prêtres en litanies sont devenus ouvriers » zijn een eerbetoon aan Joseph Wresinski, priester-arbeider en stichter van de internationale mensenrechtenbeweging ATD Vierde Wereld.
Jacques Brel was altijd gevoelig voor de gulheid en de moed van mannen en vrouwen in hun belangeloze pogingen om de meest kwetsbare mensen te helpen.
Op een dag, zonder verwittiging, kwam Brel aan in het daklozenkamp . Père Joseph herinnerde zich dit onvoorziene bezoek van mijn vader als volgt: ‘Ik verkeerde in de grote verplettering met 252 gezinnen, helemaal alleen, toen Brel mij op zekere dag zomaar kwam bezoeken, met zijn gekende malligheid. Daarbij maakte hij grootse plannen en zei hij tegen mij: “Laten we samen Frankrijk doorkruisen, van plaats naar plaats , en ik zal voor u zingen”. Ik heb het nooit gedaan en hij is ook niet teruggekomen, maar dat geeft niet. Iemand bracht toch een beetje illusie, warmte, een droom.
Ik bewaar van hem de herinnering van de waarheid, zoals zijn authentieke boodschap in het lied ‘Quand on n’a que l’amour’ , en ook de herinnering van een mens die wat warmte en een droom schonk aan een andere mens. Ik was toen erg alleen, ik had er nood aan, hij kwam op het goede ogenblik.’
Joseph Wresinski deed het verhaal van deze ontmoeting met Jacques Brel op 17 mei 1973, tijdens een interview in de bekende uitzending ‘Radioscopie’.
Het boek ‘Jacques Brel, Auteur’ ,
632 bladzijden, kost 39,90 €.
Uitgever : Fondation Jacques Brel
Het boek bevat onbekende teksten, scenario’s en radiogesprekken die de bedoelingen en verwondering van Brel blootleggen. De teksten omvatten zijn leven, van zijn kindertijd tot zijn laatste chansons.