Dovemansgesprekken. We ondergaan ze of we doen actief mee. We zijn met zijn allen heel erg overtuigd van ons eigen gelijk. Neem nu de fraude met uitkeringen. Jij wist het al langer: mensen in armoede zijn geen geboren fraudeurs. Allerlei onderzoeken bevestigen ondertussen dat mensen met een uitkering niet meer frauderen dan anderen. Integendeel, heel wat rechten worden juist niet opgenomen.
Maar die buurman van jou denkt er anders over. Hij komt steevast aan de andere kant van de heg staan als je het gras maait. Ook al wil je het vermijden, hij jaagt je elke keer op stang met zijn uitspraken over die luiaards die een paradijselijk leventje hebben dankzij de hoge belastingen die hij als hardwerkende Vlaming betaalt. Hij weet het want zijn vrouw werkt op het OCMW.
Ik heb gelijk. Mijn buurman heeft gelijk. Hoe kan dat nu? Wel, we zijn allemaal wat Oost-Indisch doof. We zijn niet alleen selectief in wat we horen of lezen, we gaan er ook nog eens selectief mee om. Dat betekent dat de hersenpan van mijn buurman elk verhaal, elk artikel, elke documentaire over fraude bij uitkeringen opvangt en dat ook nog eens extra goed opslaat op zijn harde schijf. Alles wat zijn bestaande mening in vraag stelt vangt hij niet op of hij het verkast het hoogstens naar een verloren hoekje.
Aha! Daarom is er dus geen deftig gesprek mogelijk met die buurman want die wil alleen horen of zien wat hem goed uitkomt. Maak je geen illusies, hetzelfde geldt voor jou. Dat is moeilijk te geloven. Ben ik dan even bevooroordeeld als mijn buurman? Ja. Is het dan zinloos om met mijn buurman in gesprek te gaan? Nee.
foto door Fernand De Canne
Dat is het goede nieuws. Het is inderdaad mogelijk om een dovemansgesprek met de buur om te buigen in een zinvol gesprek. Hoe? Daar zijn een paar spelregels voor. Op nummer één: dat je de etiketjes verwijdert die je op je buurman kleefde. Weg met ‘fascist’, weg met ‘rechts’, weg met ‘bekrompen’, weg met ‘altijd klagen en zagen’ en zo kunnen we wel even doorgaan. De buurman wordt weer die vriendelijke man die je op de koffie vroeg toen je pas was verhuisd.
De tweede spelregel is moeilijk. Neem je buur en wat hij zegt serieus. Opgelet! Je hoeft niet letterlijk aan te nemen wat hij zegt. Nemen we terug het voorbeeld van bij de heg. Je buur zegt: “Mijn vrouw vertelde van twee leefloners die zogezegd alleenstaand zijn, maar feitelijk samenwonen. Die gasten weten hoe ze kunnen frauderen. En ik ondertussen maar om 6u opstaan om ondanks de file om 9u op ‘t werk te zijn.”
Je buur serieus nemen betekent dat je duidelijk maakt dat je goed hebt gehoord wat hij heeft gezegd. Je gaat dus niet onmiddellijk in de tegenaanval door te zeggen dat het wel meevalt met die fraude en dat recent onderzoek heeft aangetoond dat dergelijke fraude slechts 5% bedraagt. Nee, dat wil de buur niet horen en dus zal hij het ook niet horen als jij gaat drammen.
Moet je dan liegen en je principes overboord gooien? Nee, maar ga wel zoeken naar een gemeenschappelijke grond. Die is er toch niet? Jawel hoor, ik zie, ik zie wat jij niet ziet… De uitdaging is om te horen wat er niet gezegd maar wel bedoeld wordt. Wat de buur wil zeggen is dat hij de lange files elke ochtend beu is, dat hij fraude afkeurt want hij wil zijn belastingen goed besteed zien. Daar heb je geen probleem mee. Jij staat ook niet graag in de file, jij wil ook dat je belastingen goed gebruikt worden, jij gaat fraude ook niet promoten en ook jij staat om 6u op omdat de aansluiting van de trein op de bus niet goed geregeld is.
Je buur is verrast. Er viel met jou niet te discussiëren en nu luister je toch! Wow, dat wordt een heel ander gesprek. Je buur wil dezelfde inspanning leveren. Misschien hoort hij nu wel dat ondanks het beperkte bedrag van het leefloon slechts heel weinig mensen gaan sjoemelen.
Laat bovenstaande spelregels geen pleidooi zijn voor een roze bubbel waar iedereen het met elkaar eens is en samenleeft in harmonie. Mijn buur serieus nemen betekent ook dat ik me bewust ben van onze meningsverschillen en niet wil doen alsof. Alleen is dat niet langer het vertrekpunt van elk gesprek. Door eerst verbinding te zoeken met elkaar vallen onze Oost-Indische trekjes wat weg. We zijn nu meer bereid om echt te luisteren naar de ander en dan kom je tot interessante bevindingen. Het gaat er dan niet enkel meer om of er veel of weinig fraude is maar ook over feiten zoals hoge huren die het zo goed als onmogelijk maken om rond te komen met een leefloon.
tekening door Steven Gryspeerdt
‘Waarheid of Fabel. Herkennen en ontkrachten van vooroordelen over mensen in armoede’ is het project waarmee we handvatten zoals hierboven uitwerken en aanreiken. De strijd tegen armoede is geen terrein van enkel wetenschappers of politici. Er is een grote rol en verantwoordelijkheid weggelegd voor jou, voor mij, voor onze buur.
Guy Malfait
Wil u graag meer weten over Waarheid of Fabel, neem dan contact op met contact@atd-vierdewereld.be